Getuigenissen bewoners en familie
We laten bewoners, gasten, patiënten en hun familie graag zelf aan het woord over hun ervaringen met onze diensten.
Rosa aan het woord
Ik zal het nooit vergeten: 12 januari 2018, de dag waarop Rita’tje binnenkwam in Emmaüs.
Zijzelf besefte op dat moment niet wat er gaande was. Ikzelf had onnoemlijk veel verdriet en kon mijn tranen niet bedwingen. Moeten kiezen en beslissen in andermans plaats, de overgang naar het totaal onbekende, alles vanaf nul beginnen, een oeverloos verdriet omdat ik weet dat Rita zich zo moeilijk aanpast aan nieuwe dingen. Zijzelf bleef er kalm bij …
We werden zeer goed ontvangen met koffie en een koekje én een goeie babbel.
De verhuis, de kamer bezichtigen, het klaar en duidelijk zeggen:” Dit is nu je nieuwe kamer, je zal hier nu wonen” en dan later afscheid nemen. Dat was die eerste dag, echt niet van de poes!
Na enkele dagen wennen, vroeg Rita me toen ik vertrok: “ Ga je me hier nu alleen achterlaten? “ Het greep me naar de keel. In die eerste weken en maanden kwam ze eens mee naar huis en dat ging goed.
Maar in en uit de auto stappen, werd steeds moeilijker.
Zo bleef ze voorgoed in Emmaüs en vroeg ze niet meer om weg te gaan.
Een paar keer kreeg ik van Inge een mooie foto te zien van Rita: hoe goed ze meewerkte in een muzikaal uurtje, de handen klapte op het ritme van de muziek, zittend in de kring.
Een prachtig moment was het ook toen Sandra een klein poesje meehad en Rita dit in haar handen kreeg.
En dan nog andere momenten en foto’s van intense poezenliefde. Ze stond er prachtig op. Dat gaf me zo’n warm gevoel want vroeger thuis zorgde de liefde voor de kleine poesjes voor een band tussen ons.
Wonder boven wonder: Rita jeunt zich in Emmaüs, wat ben ik gelukkig .
En dat “zoetemoendje“, ze kreeg al gauw een voorliefde voor gebak, pannenkoeken, wafels…de foto’s liegen er niet om… En die heerlijke geur wanneer er gebakken wordt: het water komt me in de mond bij het binnenkomen.
De verzorgenden, de verpleegkundigen, de animatiegroep, al het personeel, ze doen allen enorm hun best om het leven hier zo aangenaam mogelijk te maken.
Het is een warme thuis in Emmaüs, dat mag ik echt zeggen. En dan de cafetaria, daar is het goed vertoeven.
Rita heeft goeie en slechte periodes. Ook tijdens die moeilijke momenten wordt ze deskundig opgevangen. Het psychisch ziek zijn, het wordt zo goed aangepakt, vol begrip, met een goeie babbel of haar even negeren, of gewoon stil-blijven, ernaast zitten…een ander moment kiezen voor een bepaalde opdracht…
Door goede zorgen omringd en in liefde gedragen, leeft Rita een beetje zoals de golvende zee met haar ups en downs. Die ups en downs maken het samenleven heel moeilijk.
Chapeau dat jullie dat zo goed kunnen aanpakken, ik sta er nog steeds van versteld.
Af en toe een levend troeteldier tussen de bewoners brengen, het doet wonderen.
En even tussen “ de meisjes “ zitten en zottebollen, het is om erbij te schaterlachen.
Rita kan genieten van kleine dingen, van alléén zijn en samenzijn. Ze is hier echt op haar plaats.
En dan die goeie vriendin Josephine, het is een schat van een mens, wat doen ze het goed samen, die twee.
Als ik het soms moeilijk heb met iets, kan ik erover spreken met iemand van het personeel, ik vind er gehoor. Dat speelt een grote rol: het begrip en de aandacht voor bewoners en familieleden.
In de loop van die voorbije 5 jaar is Rita ernstig ziek geweest. In Emmaüs hebben de dokter en het personeel alles op alles gezet om haar erdoor te helpen.
Ik weet dat een ziekenhuisopname voor haar zeer erg zou zijn omwille van het onbekende. Het vertrouwde milieu en haar vertrouwde mensen zijn daarom van onschatbare waarde. Ik ben hen allen heel dankbaar
Wat een geluk dat psychisch kwetsbare mensen hier terecht kunnen, dat is enig in deze streek.
We kunnen er alleen maar dankbaar om zijn en hopen dat deze plek een veilige thuis kan blijven voor iedereen die dat zo nodig heeft.
Rosa Vanuxem
Andrea aan het woord
Andrea is een bekend gezicht in wzc Emmaüs.
Haar man, Pol, woonde bijna 3 jaar in wzc Emmaüs. Hij overleed helaas begin augustus 2021. Andrea blijft echter op bezoek komen in wzc Emmaüs.
wzc Emmaüs werd haar tweede thuis. Andrea deelt haar verhaal over de verhuis van Pol en de tijd dat hij in het woonzorgcentrum woonde.
"Pol leed aan Alzheimer, waardoor hij stapsgewijs achteruit ging. Toen de dokter hem in 2016 een rijverbod oplegde, was dit voor hem een zware klap. Gezien hij 45 jaar garagehouder geweest was, was zijn auto voor hem heel belangrijk. Ikzelf had al 15 jaar niet meer met de auto gereden. Pol leerde mij terug rijden zodat we ons toch samen konden verplaatsen met de auto."
"Ik zorgde zo lang mogelijk thuis voor Pol, met de hulp van thuisverpleging. De zorg werd echter heel zwaar. Pol had een blaassonde en trok deze geregeld uit. Vooral 's nachts was dit een probleem. Op den duur "waakte" ik meer dan echt te slapen. Samen met onze dochter, beslisten we dat het beter zou zijn dat Pol naar een woonzorgcentrum verhuisde. Op dat moment waren er geen vrije kamers in wzc OLV Gasthuis, dus verhuisde Pol naar wzc Emmaüs. Het idee was om te verhuizen naar wzc OLV Gasthuis zodra er plaats was maar dat is er nooit van gekomen. Pol voelde zich hier direct op zijn gemak en ik voelde mij ook zeer welkom. De zorg loslaten was niet evident... Ik voelde mij in het begin schuldig omdat ik Pol niet meer thuis kon verzorgen. Maar dat gevoel verdween geleidelijk aan. De medewerkers zorgden er samen voor dat Pol de beste zorgen kreeg. Dat zag en voelde ik tijdens mijn dagelijkse bezoekjes. Ze toonden ook interesse voor het levensverhaal van Pol. Zo bracht een medewerker eens een boek mee over auto's. Pol kon niet meer lezen, maar bladerde wel graag in het boek. Ook ik, als familielid, werd een deel van het geheel. In de namiddagen ging ik met Pol naar de living. Ik kon op den duur nog weinig contact maken met Pol door zijn ziekte, maar ik had er wel contact met andere bewoners en hun familie. Ik heb veel nieuwe mensen leren kennen, met wie ik nu nog contact heb. Door Corona mocht ik 3 maanden niet op bezoek komen, wat voor mij heel zwaar was. Ik kon wel elke dag telefonisch terecht bij de medewerkers om de toestand van Pol op te volgen en we konden elkaar zien aan het raam in de cafetaria. Ik heb best een heftig jaar achter de rug, ook wat betreft mijn eigen gezondheid. Maar ik wil niet bij de pakken blijven zitten. Ik maak elke dag eten voor mijn dochter en schoonzoon. We eten iedere middag samen. Op dinsdagnamiddag kom ik graag terug naar wzc Emmaüs om te kaarten met bewoners en familieleden in de cafetaria. Als ik zelf ooit naar een woonzorgcentrum verhuis, dan weet ik al waar ik naartoe wil. Ik kom zeker in wzc Emmaüs wonen!"